Azuurblauwe Monteverdi met prachtige klankmozaïeken

by Knopskaya

Jordi Savall bekent kleur als dirigent. Hij geeft het werk van Claudio Monteverdi (1567-1643) de kleuren van de Middellandse Zee. De Catalaanse grootmeester vertrouwt daar bij de stem van dit toch wel “stamwerk” van de Westerse muziek aan de fantastische bariton Marc Mauillon, die als Orfeo zelf incarneert. Een schilderachtig timbre maakt zich meester van het geheel. Een warmte in interpretatie die de muzikale visie van Savall volledig tegemoet komt. Het zijn die tinten waarmee Mauillon zijn stempalet kleurt, waarin Savall het mediterraanse muzieklandschap ziet. Een must in de platencollectie van de melomaan die graag in tijd en ruimte reist. Het hoogtepunt van de renaissance die stilaan begint plaats te maken voor heel vroege barok. De wieg van de Italiaanse operatraditie.

Deze levendige opname van  wat velen als de allereerste grote opera beschouwen, bestaat al een tijdje als dvd uit Barcelona in 2002 (zie video), maar dit is de allereerste uitgave ervan op CD. Je mist misschien de historische kostuums in het orkest, maar Jordi Savall’s uitvoering is gedurfd en vol, vooral in de warme koorzang en orkestspel. De foto’s vallen nog steeds terug te vinden in het boekje. (Aldus the Guardian)

U kunt uw fantasie dus de vrije loop laten. Dit album is als een oude kostbare kruik waarvan u zich onmiddellijk de oorspronkelijke kleuren kunt indenken samen met de lekkere wijn die eruit geschonken werd… ergens in Venetië…

Deze dubbele CD maakt deel uit van de boeiende reeks opnames volgens historische correctheid van Château de Versailles, binnen de Italiaanse opera.

Orfeo is een opera van Monteverdi op een libretto van Alessandro Striggio en is gebaseerd op de muthe van Orfeus en Eurydice, terug te vinden in de metamorforen van Ovidius en Georgica van Virgilius.  L’Orfeo werd voor het eerst opgevoerd op 24 februari 1607 in het hertogelijk paleis van Mantua. Publicatie vond plaats in 1609 in Venetië, met een tweede editie in 1615. Er bestaan ook libretto’s zoals gebruikt bij de (ten minste twee) uitvoeringen in 1607, onder auspiciën van Francesco Gonzaga voor de Academia degli Invaghiti in Mantua geproduceerd en gepubliceerd, mogelijk vooral om zijn oudere broer Ferdinando de loef af te steken (deze was gelieerd aan de Florentijnse Academia degli Elevati met componisten zoals Jacopo PeriGiulio Caccini en Cagliano).

In de klassieke versie van de mythe lukt het Orfeus niet om de verleiding te weerstaan Eurydice aan te kijken. Dit was de voorwaarde om haar terug te krijgen. Op het moment dat hij omkijkt, ziet hij haar voorgoed in de onderwereld verdwijnen. Hij blijft verbitterd achter en wordt later vermoord door de Bacchanten en komt op die manier weer bij zijn geliefde. Dat was het libretto bij de eerste uitvoering in 1607, in een betrekkelijk kleine ruimte in de privé-appartementen van Margherita Gonzaga d’Este. Dit sombere einde was mogelijk minder geschikt voor een uitvoering in de formele omgeving van een hof in het begin van de 17e eeuw.

Monteverdi en zijn tekstschrijver Striggio (hofsecretaris van Mantua) kozen bij de uitvoering in 1609 een (dramaturgisch meer spectaculaire, maar psychologisch veel oppervlakkiger) oplossing, die teruggaat op de Astronomia van Hyginus. Appolo daalt neer uit de hemel, en neemt zijn zoon Orpheus mee op ten hemel waar hij getroost wordt met een evenbeeld van Eurydice in de sterren. Een verklaring voor de beide versies (welke de oudste is, is niet zeker) zou kunnen zijn dat de uitvoering in 1609 plaatsvond voor de hertog van Savoye in Mantua in een veel grotere ruimte dan bij de première: er was ruimte voor een  soort van wolkenmachine. (bron: Wikipedia)

CVS 080 – http://www.outhere-music.com

 

Misschien houdt u ook van:

Wij gebruiken cookies om onze website en de inhoud er van te optimaliseren. Akkoord