Britten en Elgars orkestrale onsterfelijkheid

by Knopskaya

Na een veelgeprezen Respighi-opname maakt dirigent Alessandro Crudele zijn tweede optreden bij platenlabel Linn, dit keer in samenwerking met violist Michael Barenboim, die daarentegen zijn Linn-debuut maakt, en het Philharmonia Orchestra. Het programma biedt een glimp van twee contrasterende, maar bepalende figuren uit de Britse muziek.

Op 23 februari 1934 stierf Sir Edward Elgar. Het wilde lukken dat die avond A Boy was Born van de toen twintig jaar oude Benjamin Britten op de BBC werd uitgezonden. Alsof het zo had moeten zijn. Nochtans is er een grote tegenstelling tussen beide componisten. Het jeugdige van Britten tegenover het doorleefde van Elgar. Wat ze gemeenschappelijk hadden, was hu geweldige beheersing van het orkest. En net dat is het wat deze opname bevestigt en uitlicht.

Brittens Peter Grimes toont een buitenstaander binnen een geïsoleerde gemeenschap – die de situatie van Britten ten tijde van de compositie weerspiegelt – en blijft zijn meest uitgevoerde opera. Na het succes haalde Britten er vier ‘intermezzo’s’ uit: briljant georkestreerde portretten van de Noordzee, hier uitgevoerd met Crudele’s kenmerkende beheersing van orkestrale kleuren. Alle veelzijdigheid die Britten er instopte, de fijne accentuering, komt er allemaal zeer expressief uit zonder al te zware uithalen. Alles is mooi in balans, maar laat toch de schakering toe waar de muziek om vraagt. Alsof men een beetje de Noordzee ziet met het groene, het blauwe, het grijze, de weerspiegeling en soms zelfs het schuim. De meeuwen cirkelen na zonsopgang. De cyclus van de zee… De muziek spreekt.

Voor Elgar was het duidelijk dat hij een vioolconcerto wilde schrijven nadat hij de Oostenrijkse vioolvirtuoos Fritz Kreisler in 1904 ontmoette. Niet lang daarna uitte Kreisler zich extreem positief in de pers over de compositiepraktijken van Elgar. Hij hoopte daarbij dat Elgar wat zou schrijven voor viool. Vier jaar later zou het de voornaamste bezigheid van de componist worden. Kreisler vertelde tijdens de voorbereiding van de opvoering dat Elgar een onsterfelijk werk had geschreven. En zo horen we het hier ook op de opname. Een mooi spel met intensiteiten, toenemende dialogen tussen orkest en viool die steeds complexer worden. Een stuk dat steeds maar stijgt en de luisteraar meeneemt op sleeptouw alvorens terug rust te bieden tijdens het Andante. Intiem mooi. Het thema blijft terugkomen tijdens de levendige derde beweging waartijdens de strijkers fijnzinnige cadenzen en pizzicato toepassen.

Daarmee telt deze opname twee fantastische stukken die door hu haast cyclisch karakter aan mekaar gewaagd zijn. De luisteraar wordt als het ware meegeslingerd in een kringloop van kleur en emotie. Bewogen mooi.

CKD 729 – http://www.outhere-music.com

Misschien houdt u ook van:

Wij gebruiken cookies om onze website en de inhoud er van te optimaliseren. Akkoord