Passietijd, Bachtijd. Laten we ons niet blindstaren op enkel het werk van Johann Sebastian Bach. De Bachfamilie kende nog zoveel meer talent. Neem nu Cal Philipp Emmanuel, tweede levend geboren zoon van, geboren de Weimar in 1714. De reden van de verhuis naar Leipzig was niet enkel de aanstelling van vader Johann Sebastian, maar de mooiere opleidingskansen die CPE er zou krijgen.
CPE volgde er samen met zijn oudste broer les aan de Thomasschule en werd begenadigd violist in het orkest van zijn vader. Hij zou vervolgens in de voetsporen van zijn peter, de grote Telemann treden en gaan studeren aan de universiteit van Leipzig. Na een mislukte sollicitatie als organist, trok hij naar Frankfurt om er rechten te studeren. Daarnaast dompelde hij zich totaal onder in het lokale muzikale leven.
Erfenissen en aanstellingen
Rond 1740 kon hij als hof-muzikant beginnen aan het hof van Frederick de Grote, maar voelde zich algauw verstikt tussen andere topmuzikanten van dat moment zoals Graun en Quantz. Intussen stierf ook zijn vader. Hij probeerde tevergeefs andere posities te bekomen en besloot zich dan maar te richten op de betere burgerij. Die zet zorgde er uiteindelijk voor dat hij een succesvolle carrière als componist kon uitbouwen.
Uiteindelijk kon hij Telemann na diens dood opvolgen als muzikaal directeur te Hamburg. Dit ondanks wat tegenstribbeling van het hof in Potsdam, waaraan hij eigenlijk nog officieel was verbonden. CPE had een enorme erfenis meegekregen van zijn vader en dooppeter. Zelf componeerde hij iets trager. Tegen 1769 was de eerste versie van zijn Mattheüspassie klaar. Hij verwerkte er alle vier de evangelieën in, meer stijlgetrouw aan Telemann dan aan zijn vader. Naast de grote passies, componeerde hij ook kleinere passie-achtige stukken, oratoria voor concertante opvoeringen.
Vernieuwend en inspirerend
We leren een evoluerende barok kennen, een barok waarin het narratieve meer romantiek met zich meekrijgt, eerder verhalend dan declamerend. De personages zijn niet zozeer afgelijnd, alles is abstracter waardoor er een mystieke zweem met ruime interpretatiemogelijkheden ontstaat. Het dogma is niet langer alom aanwezig.
CPE zou een rolmodel worden. Onder zijn bewonderaars niemand minder dan Mozart en Haydn. Dat zal u niet verbazen na het horen van deze uitvoering door het Vlaams Radiokoor o.l.v. Bart Van Reyn, en met stemmen van niemand minder dan sopraan Lore Binon, tenor Kieran Carrel en bariton Andreas Wolf. Muzikale omlijsting door het Il Gardellino Baroque Orchestra.
Een boeiende meeslepende CD, verhalend meeslepend van begin tot eind.
Passacaille 1115 – http://www.outhere-music.com