Het was tien jaar geleden dat Johannes X. Schachtner in contact kwam met de eerste kritische editie van Giacomo Puccini’s (1858-1924) pianoliederen I Canti. Hij kreeg onmiddellijk het idee om ze te transcriberen voor orkest. Salve Regina is het enige lied in de collectie die een begeleiding van orgel i.p.v. piano vereiste. Puccini was tijdens zijn jeugd nog organist geweest, wat in deze bewerking gerespecteerd werd. Het voelde als natuurlijk aan dat Puccini het zoveel groter had bedoeld dan voor piano alleen, het was een componist van de uiterste diepe emotie. De melodieën gingen uit van zo’n rijkdom , dat het een must was om het dramatische element, wat toch zijn handelsmerk was, naar boven te halen.
Puccini schreeft zestien liederen, die u op deze opname van BR Klassik kunt horen, uitgevoerd door het Münchner Rundfunkorchester o.l.v. dirigent Ivan Repušić en als grote ster tenor Charles Castronovo, verbonden aan de opera van Los Angeles. Hij had reeds sterrollen in Mozarts Zauberflöte, Don Giovanni, La clemenza di Tito, enz. Vooral had hij ook een signatuurrol als Rodolfo in Puccini’s La Bohème zelf. De juiste man op de juiste plaats.
De liederen zijn zeer verscheiden van thema en zijn onderling helemaal niet verbonden, en toch vormen ze een kroniek van het leven van de componist. Van het jeugdige, haast onschuldige liefdeslied tot indrukwekkende latere werken die de dood bezingen. We krijgen een volledig inzicht in de “workshop” van Puccini, met bvb. Mentìa l’avisso, een werk dat hij schreef voor zijn examen aan het conservatorium van Milaan voor het melodrama La solitaria delle Asturie ossia La Spagna ricuperata. Hoe men het ook draait of keert, hij haalde later duidelijk inspiratie uit zijn liederen tijdens het componeren van zijn opera’s. Het waren als het ware voorbodes. Ze maken de melodieuze achtergrond voor zijn groter werk begrijpelijker, iets wat Schachtner duidelijk heeft kunnen aanwerken tijdens de bewerking.
Verder krijgt u op deze opname nog drie vroege orkestwerken van Puccini te horen. Zie het als een testament van zijn jeugd, waarin u opnieuw de zaadjes hoort van zijn latere werk. Men kan zijn invloeden horen. Zelfs een glimp uit Wagners Lohengrin. Men voelt de opera en het gevoel voor liefdesverhalen en intriges reeds kiemen. Het is eens wat anders, deze opname dan de zoveelste opname van zijn volledige opera’s. Het is als diep in de ziel van de componist kijken, verder kijken dan de neus van het populaire oeuvre – dat trouwens ook zeer de moeite waard is, maar gewoon veel meer in de kijker gezet wordt.
BR Klassik 900349 – http://www.outhere-music.com