Iván Fischers trouw aan Bruckner

by Knopskaya

Anton Bruckner (1824-1896) was zeventig jaar oud toen hij eindelijk de derde, trage beweging van zijn negende symfonie afwerkte. Topdirigent Iván Fischer wilde hierdoor zelf graag wachten tot zijn zeventigste verjaardag op zijn geliefde componist alle eer te bewijzen door diens werk te dirigeren.

Zijn mening is dat er heel wat kunstwerken zijn waar een arm aan ontbreekt en hij stelt u de vraag of u armen zou willen zien aan de Venus van Milo? Fischer heeft heel wat respect voor zij die de negende van Bruckner hebben willen afwerken, maar hij laat zijn aandeel eindigen waar de componist zelf de pen neerlegde.

Het moment waarop Bruckner  dit werk schreef was toen het concordaat tussen Oostenrijk en de Katholieke kerk ervoor zorgde dat het conservatisme hoogtijd vierde en iedere vrijere gedachte als dissident werd afgedaan. De bevolking durfde niet meer spreken. Tegen deze achtergrond ontwikkelde Bruckner zijn fantasieën die zijn eigen  vrijheid verzekerden. Het is niet zonder reden dat zijn symfonieën vergeleken worden met het kantwerk van Gotische kathedralen.

Toch was er een invloed vanuit godsdienstige hoek aanwezig. Vooraleer aan zijn symfonieën te werken, schreef hij monumentale sacrale werken. Zijn Eerste Mis (1867) was zijn eerste krachtige kerkelijke werk dat aan het Weense publiek werd voorgesteld. Als zoon van een kerkmuzikant werkte hij maar liefst 50 sacrale werken af vooraleer hij in 1866 zijn eerste symfonie beëindigde. Hij was hieraan beginnen componeren toen hij nauwelijks twaalf jaar oud was. Alle vakmanschap die hij zo opdeed, werden verwerkt in zijn symfonieën, waarvan de negende het rijpste resultaat was.

Hij gaf ook aan dat God hem de kracht had gegeven om zijn negende te willen afwerken. Hij zou er in totaal zeven jaar aan werken, tot op die ene ochtend waarop zij thuiskwam na een herfstwandeling om vervolgens uit te blussen en het tijdelijke voor het eeuwige in te ruilen. Een onafgewerkt meesterwerk bleef achter.

Bruckners negende wordt gezien als een schakelmoment tussen negentiende en twintigste eeuw,. Men vindt mooie verwijzingen naar Wagner, maar ook naar de ritmes van Stravinsky en Bartók en overlappingen met de tweede Weense school van Schönberg, Berg en Webern.

Dit album koestert de herinnering aan Bruckner, waarmee Ivanán Fischer het samen het het Budapest Festival Orchestra opvoert. Alle ideeën en ervaringen die uit zijn eerdere composities opdoken worden samen met wat hem inspireerde en wat hij hiervan uitwerkte in kaart gebracht. Monumentaal groots en toch zo fijnzinnig, met het grootste respect voor zijn muzikale erfenis.

Channel Classics CCS SA 42822 http://www.outhere-music.be

 

Misschien houdt u ook van:

Wij gebruiken cookies om onze website en de inhoud er van te optimaliseren. Akkoord