Steve Reich (geb. 1936) kan men zonder twijfel als een van de meest boeiende minimalistische componisten beschouwen. Hij wil niet enkel de eenvoud laten primeren, maar daarbij ook zijn eigen gevoel voor esthetiek laten primeren zonder kost wat kost een stroming te willen dienen. Hij wordt vaak in 1 adem genoemd met andere Amerikaanse minimalisten zoals Philip Glass en avant-gardist John Cage.
Het experimenteren was aan het begin van Reichs carrière het hardst overheersend. Zo ging hij met twaalftoonsmuziek aan de slag en zou hij ook het versnellen en vertragen van melodische intervallen onder andere d.m.v. bandopnames onderzoeken, zoals u hier ook kunt waarnemen tijdens een vroege fase kunt horen tijdens de muziek voor twee of meer piano’s en het latere Vermont en New York Counterpoint. Dit alles resulteerde in een behoorlijk oeuvre. Naast pure techniek, verwerkte hij ook etnische en cultureel gevoelige geluiden en ritmes in zijn muziek; Afrikaans, Islamitisch, Joods, Christelijk.
Toch vond Reich de toegankelijkheid van muziek steeds belangrijk – Reich componeerde een aantal werken voor film – en durft daarbij de stelling aannemen dat minimalistische muziek niet absoluut atonaal hoeft te zijn. Hij dient daarbij zijn eigen agenda en bereikt eigenzinnige resultaten met een eigen cachet en identiteit. Hij creëert hiermee trouwens eveneens een belangrijke brug voor de bereikbaarheid van het genre.
De Eight Line – City Life CD,met composities uit de late jaren zestig tot de aanvang van de jaren tachtig, uitgegeven bij Naxos, binnen de reeks American Classics is daar een mooi bewijs van. Wanneer men de schijf zonder enige voorkennis beluistert, denkt men niet meteen aan minimalistische muziek. Men hoort de algemene aanwezigheid van klanken, die mits ingenieuze patronen gespeeld door een minimale bezetting en constructies vol klinken. En wat kan er nu voller klinken dan het stadsverkeer. Men hoort haast zonder er zelf bij te worden opgejaagd. Het is muziek die u verenigt met het fenomeen stad zonder dat u figuurlijk onder de tram dreigt te lopen. Fijnzinnige worden nuances ingezet door de strijkers en blazers van Holst-Sinfonietta o.l.v. Klaus Simon.
Het zijn vooral de fluiten en klarinetten die bepalende rollen spelen. Niet alleen in melodie, ook in aantal waarmee ze telkens worden ingezet. Elk tekenen ze een patroon rondom de basisstructuur, die laat ons zeggen een straat of metrolijn zou kunnen zijn. Drukke en kalmere momenten verweven zich bij momenten waardoor de overgang nauwelijks voelbaar wordt, als het uitdijen van het spitsuur om vervolgens te vervagen, of het vallen van de avond, of de eerste signalen die de ochtendspits aankondigen.
De herkenning van fenomenen in Reichs structuren is gewoon uitnodigend om te blijven volgen als binnen een boeiend verhaal zonder plot, als een boeiende observatie.
Eight Lines – City Life – Naxos 8.559682 – 73:24