Koningin Elisabeth Wedstrijd piano 2021. Finale, dag 1. Vitaly Starikov: het lyrische huwelijk tussen stijlen en tijden

by Knopskaya

Foto: QEC

Langverwacht, maar vanachter gesloten deuren; de finale KEW piano 2021 vanuit Bozar. Maar toch, eigenlijk moeten we toegeven dat het allemaal niet zo heel veel aan magie verloor omdat we niet in de zaal kunnen plaatsnemen.  Integendeel, we merkten een grotere betrokkenheid dit jaar. Mogelijk net omdat we allemaal onder de grote gelijkmaker, corona, van op afstand dienen te volgen. Laat ons dit geen light-versie noemen, maar een absoluut unicum. Maar half zoveel halve finalisten en finalisten zorgde er echt wel voor dat wie bij de zes van deze week zit, zich het neusje van de zalm mag noemen. Historisch gezien, zal deze editie zeker en vast opvallen.

Op de eerste avond mochten we Vitaly Starikov aan het werk zien, samen met het Belgian National Orchestra o.l.v. Hugo Wolff. Het opgelegde werk, d’un jardin féérique werd dit jaar gecomponeerd door de Franse componist Bruno Mantovani.

Wat we ons uit de eerste ronde en de halve finale nog herinneren

  • Eerste ronde: Vitaly Starikov (Rusland (Federatie), °1995) is vooral een verkennend pianist die ieder hoekje van het instrument ten volle wil benuttigen en doorgronden. Het lukt hem daarbij flink om zijn publiek mee op sleeptouw te nemen. Stevige Beethoven en Shostakovitch, sterk doorleefde Liszt en geladen Debussy. Zeker geen pianist om in een klein zaaltje te zetten.
  • Halve finale: Vitaly Starikov voelt zich nog steeds kiplekker in zijn nieuwe labo. Het opgelegde stuk van Jodlowski zit hem als gegoten. Maar toch verrast hij behoorlijk, door zijn relaxte houding. De uitspraak dat we hem niet in een klein zaaltje mochten zetten, bleek totaal niet meer van toepassing. Zijn recital was bijzonder intiem, kalm, beheersd, zelfzeker. En zelfs Brahms mocht ademen. Een pianist die duidelijk de dag plukt naar de mood waarin hij zich bevindt, een oprecht muzikant met andere woorden. Zijn Mozartconcerto KV488 verliep correct. Duidelijk de sterkere halve finalist van vandaag. Zien we hem binnen 14 dagen terug, kiest hij voor Tchaikovsky.

Tchaikovsky werd het dus … en Mantovani

Maar eerst over naar het verplichte stuk van Bruno Montovani. Het was de eerste keer dat we het mochten horen, en we ontdekten meteen opnieuw waarom we Vitaly Starikov mr. Zen noemden. Hij ziet de piano als een labo waarin hij eindeloze tonen weet te ontdekken, experimenteren met klank is hem nooit vreemd. Hij gleed letterlijk over de toetsen om al die kleine en fijne nootjes perfect in mekaar te laten vloeien en zo een hele tovertuin over de toeschouwer te laten komen. Heel impressionistisch tekende hij bloesems en watervalletjes, alsof ze rechtstreeks uit de Jeux d’eau van Ravel waren ontsnapt. Naast virtuositeit is souplesse voor dit werk een absolute must, een punt waar Starikov alles van zichzelf heeft aan gegeven.

Starikov is de enige finalist die koos voor het eerste concerto van Tchaikovsky in bes opus 23. Alle felicitaties aan het orkest dat zo wondermooi de betovering van de componist wist over te brengen, als een grote bloem die openging op het podium, en waaruit zo 100 balletdanseressen figuurlijk tevoorschijn zouden kunnen springen. En dat aller neergezet in klank. Starikovsky leek aanvankelijk wat a-typisch, laat het een momentopname zijn, want weldra zou alles vloeien en klateren. En om zulke akkoorden te laten vloeien,…  Laat het ons even met een plaatje tonen.


Het was ons al opgevallen tijdens het plichtwerk, hij kent een enorm gevoel voor ritme, hij weet zijn lyriek en drama op te bouwen zonder “zware voet”. Er zit geen ruis tussen de meest snel opeenvolgende noten, hetgeen in een absolute helderheid resulteert. Het perfecte huwelijk tussen Slavische passie en persoonlijke ingetogenheid. En daarin zat zang, en ontroering.

Zo innemend als het concerto klinkt, is de geschiedenis erachter. De componist droeg het op aan zijn favoriete pianist, Nikolai Rubinstein, die het aanvankelijk maar niets vond. Later zou hij hierop terugkomen en er prachtige uitvoeringen van hebben op de kaart gezet. Het resulteerde in het feit dat het tot op de dag van vandaag een van de meest populairste klavierconcerto’s is, met een tijdloos karakter.

Vooral naar het einde van de eerste beweging toe, wordt magistraal getoond hoe Starikov de dialoog tussen piano en blazers weet op te voeren om tot een absolute climax te leiden.  Het was dan ook geen wonder dat de tweede beweging zo liefdevol werd ingezet. Hoe verder de jonge pianist speelt, hoe meer het stuk groeit en hoe harde de band tussen pianist en componist via de muziek wordt geconsolideerd. Zoiets is gewoonweg ontroerend. Kunst moet dynamisch zijn.

Even in het hoofd van de pianist proberen kruipen nu…

Misschien was dit wel zijn strategie van bij het prille begin. Eerst de verwondering door het orkest laten opbouwen on zelf spiraalgewijs het geheel voor zich te winnen.

Hoe verder we in het geheel komen, merken we waarom we zo’n mooie cohesie voelen. Het is alsof er een rode draad recht van het opgelegde stuk in het concerto van Tchaikovsky gekropen is, als een podium vol witte bloemen die uit de feëerieke tuin werden geplukt. Tijdens de derde beweging, wordt er lustig doorheen gedanst. Het idee dat hier  op voorhand werd over nagedacht, begint steeds waarschijnlijker te worden.

We kenden hem als zen, als verkenner, maar nu laat hij zijn veelzijdigheid als gevoelspianist zien.

Mag er aub nog een ronde bij?

 

Meer info http://www.queenelisabethcompetition.be

 

 

Misschien houdt u ook van:

Wij gebruiken cookies om onze website en de inhoud er van te optimaliseren. Akkoord