Het was bang afwachten, maar het team achter Transit Festival Leuven was perfect voorbereid. Alle opvoeringen werden reeds maanden terug ontkoppeld, waardoor men corona-proof kon genieten van wat de nieuwe muziek te bieden heeft. Terwijl sopraan Naomi Beeldens live in dialoog ging met haar eigen klanken en zo het reële aan het virtuele wist te koppelen in de Soetezaal van het STUK, kon men in de STUK-studio kennis maken met de wondere wereld van Harry Partch.
Het is het Scordatura ensemble – de naam zegt het al, een andere stemming – die het publiek vertrouwd maakte met de stemming die Harry Partch (1901-1974) in kaart bracht. Het leven van de componist was zo divers als de klanken die hij wist te onderscheiden. Hij werd geboren in Californië, in een gezin van missionarissen die in China dienden voor de Boxer-opstand. Zijn ouders beschikten over een grote verzameling muziekinstrumenten, waaronder Aziatische, waardoor hij vroeg in contact kwam met andere klanknuances dan diegenen waar ons Westerse oor aan gewend is. Dit alles zou uitmonden in een theorie waarbij het octaaf niet in 12 gelijke tonen, maar in 43 ongelijke tonen wordt onderverdeeld. Op deze tonen ontwierp hij unieke muziekinstrumenten, opdat zijn muziek uitvoerbaar zou zijn.
Het is aan deze theorie dat het Scordatura ensemble hun bestaan wijdt, en het is deze muziek die zij opvoeren op replica’s van origineel door Harry Partch ontworpen instrumenten. Ze tonen daarbij aan dat zijn werk heden ten dage nog steeds leeft en uitbreiding kent onder hedendaagse componisten. Tussen twee korte werken van Partch zelf in, werd het publiek in aanwezigheid van beide componisten verwend door twee wereldpremières, geschreven in deze tonaliteit.
Het bleek inderdaad allemaal een spel van gewenning te zijn. Tijdens de opvoering van Barstow – Eight Hitchhiker inscriptions (1941-1943) voelde alles wat onwennig, en toch weer vertrouwd tegelijk dankzij het sarcasme in de muziek van Partch. Soms kreeg men het gevoel dat er stukken blues werden ingeleid door een barokfluit. Het werk staat voor het leven van de gemiddelde Amerikaanse lifter, maar geeft ook een blik op het zwerversbestaan waar de toch wel vaak miskende Partch mocht mee kennis maken.
Wat volgde was de wereldpremière van Georgeous Nothings, van de Belgische componist Guy De Bièvre. Hij gaf zichzelf de opdracht om de conditionering te veranderen van het Westerse oor en langzaam maar zeker aan te passen aan de Partch-tonaliteit. Het is een minimalistisch werk met veel herhaling, als kleine gedichtjes – gebaseerd op de enveloppegedichten van Emily Dickinson – waarop men kan verder borduren. Naast de correcte benadering van de componist, bleek het stuk op de correcte plaats binnen de opvoering verwerkt te zijn, gezien het resultaat achteraf maximaal bleek te zijn.
Het was Kate Moore, die toch wel de zeer gevoelige snaar raakte, door een compositie te schrijven, gebaseerd op een renaissance dichtbundel van de Italiaanse dichteres Isabella di Morra, wiens leven net als dat van Partch niet over rozen liep. Het was net haar rijkdom, haar aristocratische afkomst die voor problemen zorgde. Uiteindelijk zou ze in gevangenschap, gegijzeld door haar eigen broer sterven. Moore schreef voor haar een Lamento, waaruit blijkt dat de 43 ongelijke tonen van Partch tot tonale muziek kunnen leiden en oude klanken nog in veel grotere diversiteit kunnen uitpuren alsof ze al 500 jaar meegaan. Dit maakt het werk tot ongewoon en toch vertrouwd en bijgevolg zeer boeiend.
Tenslotte was het de Yankee Doodle Fantasy (1944) van Partch zelf die het concert afsloot. Het leek een beetje op een gekkenbende soms, en had wat weg van een uit de hand gelopen jamsessie, maar toch onder controle. En dat was ook vermoedelijk de bedoeling van de componist, de draak steken met een oud vertrouwd deuntje dat ooit van groot nationaal belang was. Maar dan in veel meer geuren en kleuren dan men zich onder normale omstandigheden kan inbeelden.
En zo slaagde de opzet van Scordatura en Transit binnen het uur: Meer Partch a.u.b.
Gezien, Leuven, Transit 24 oktober 2020
https://trioscordatura.wordpress.com/
http://www.festival2021.be
Chris Rainier – Stem, aangepaste gitaar, bas marimba
Alfrun Schmid – stem, kithara, harmonisch canon, bas marimba
Elisabeth Smalt – aangepaste altviool, kithara
Keiko Shichijo – Chromelodeon, cloud-chamber bowls, bas marimba
Lucia Mense – fluiten, bas marimba