KLANKDOMEIN 20 oktober 2024

by Knopskaya

Foto: Yoshie Kuwaayama – Motion in Silence

Deze tekst is een bijdrage van Fred Brouwers

Zondag 20 oktober was het feest in de chique rococozaal van Kasteel Sorghvliedt in Hoboken. Daar speelde de herfstzon een klein rolletje in, maar het was toch vooral dank zij de muziek die weerklonk tijdens het derde en laatste concert van Klankdomein. Dit driedaagse festival plaatst werk van Vlaamse componisten van vroeger en nu in de kijker. We beleefden de inmiddels al derde jaargang en het bewees weer een van de meest relevante Vlaamse muziekhappenings te zijn.

Het Franse Amôn Kwartet, gevormd aan het Brusselse Conservatorium en de Muziekkapel Koningin Elisabeth onder het toeziend oog van Guy Danel, begon met een werk van de nestor der Vlaamse componisten, Frits Celis, 95. ‘Il canto della piccina sirena’ was een opdracht van Lola Bobesco voor een Europees project van haar strijkkwartet. Twaalf Belgische componisten schreven elk een stuk voor de toenmalige 12 lidstaten. Frits liet zich inspireren door de iconische sirene in de haven van Kopenhagen. Cellist Jan Matthé die het werk mee creëerde exact 30 jaar geleden, zat in de zaal en liet zich met net ietsje meer emotie meenemen met haar gezang.

Blokfluitist Geert Van Gele, in een vorig leven nog lid van het wereldberoemde Vlaamse blokfluitkwartet Vier op ’n Rij/Flanders Recorder Quartet, speelde ‘Vijf Studies’ voor altblokfluit van Stefaan Vanheertum. Die schreef het werk in zijn studententijd om eens even weg te zijn uit de barokwereld, en liet zich inspireren door Hans-Martin Linde. Het werden stukken die zich ver van elk toonsysteem bewegen, maar allemaal een verhaal vertellen. De componist moest 46 jaar wachten voor hij zijn studies kon horen uitvoeren door een topmuzikant. Ook daarvoor zorgt Klankdomein.

Amôn pikte in met het ‘Adagio voor strijkkwartet’ van Joseph Ryelandt. Dank zij de tussenkomst van Edgar Tinel ‘mocht’ hij verder gaan in de muziek, wat door zijn adellijke familie toch als wat minnetjes werd beschouwd. Net als zijn leermeester kreeg Ryelandt internationale appreciatie voor zijn religieuze werken, maar Wilfried vond tussen al dat grootse geweld dit kleine juweeltje, van een in de grond toch romantisch gebleven componist. Klankdomein staart zich niet blind op één tijdsgewricht, stijl of modegril.

De uitvoerders waren – en zijn steeds – zonder uitzondering toppers, die met inzet en vast geloof de tijd nemen om vergeten en zelden uitgevoerde muziek naar waarde te schatten en misschien zelfs maar voor één enkele uitvoering in te studeren. Zo ook fluitiste Tille Van Gastel en cellist Francis Mourey met drie delen uit de Piranesi Suite, die August Baeyens schreef bij een NIR-luisterspel uit 1951 over de Italiaanse graficus. Een luisterspel! Waar is de tijd?

George De Decker is niet alleen met muziek bezig maar is ook schilder. Zijn oeuvre gaat erg breed: van big band via commercials tot live electronics. Hij herschilderde de harp van Sophie Baguet in alle kleuren in zijn ‘Winter in Winter’.

Johan Sluys kon de ‘Ciaccona’ voor cello solo beluisteren, die hij in 2004 schreef voor de Axion Classics, de muziekwedstrijd voor academieleerlingen die niet meer bestaat.

Amôn besloot met het ‘Strijkkwartet nr 3’ van Westerlinck dat hij componeerde voor I Fiamminghi in Campo als hommage aan zijn te vroeg overleden broer. Een eendelig, sterk geconcentreerd werk dat de intieme verbondenheid tussen de broers over de dood heen verklankt. Het citaat ‘Mütterlein’, een Duitse schlager uit de jaren ’50 – uit hun bieder kindertijd? – grijpt je in de finale intens bij de keel.

In een wereld die razendsnel digitaliseert, globaliseert en commercialiseert is een evenement als Klankdomein noodzakelijk om onze eigen muziekcultuur levendig te houden. Op naar 2025!

Misschien houdt u ook van:

Wij gebruiken cookies om onze website en de inhoud er van te optimaliseren. Akkoord