Als geen ander weet meesterverteller Kurt Van Eeghem u mee te nemen naar de Koningin der Badsteden Oostende.
En ik kan het niet laten om met de woorden van een van de meest bekende Oostendenaars James Ensor te beginnen: ‘’Er lopen vele rare types in Oostende…’’
James Ensor verhuisde nooit van Oostende naar Brussel of Parijs, waarom zou hij? De internationale elite kwam elke zomer zelf naar Oostende stad aan de zee.
De industriële revolutie draaide op volle toeren; de onderklasse stookte de hoogovens op en spande de kettingdraden van de weefgetouwen aan. Alle winsten belandden in de zakken van de nieuw elite. Staal- en textielbaronnen lieten het geld rollen in Oostende. Zij waren de doelgroep. Oostende had hen nodig om het meest exclusieve kuuroord van de Atlantische kust te worden. Dat vroeg om grote investeringen, dit soort volk was het gewoon om in weelde te leven. Ze verlangden een aanbod dat hun uitzonderlijke behoeften kon bevredigen, Oostende moest een badstad worden die bij hun status paste.
Het kuuroord krijgt vorm.
De dijk veranderde in de elegantste wandelboulevard van Europa. Een promenade met aan de ene zijde de machtige zee, aan de andere zijde een wonderlijk schouwspel van de meest exotische bouwstijlen. Naast de opmerkelijke villa’s van steenrijke families, die flinke sommen hadden neergeteld voor een stukje dijk, waren het vooral de eersteklashotels die de bezoeker overbluften. Elke zomer konden ze rekenen op steeds meer klanten uit België, Europa en de Verenigde Staten. De promenade straalde een werelds genot uit als tientallen koetsen voorreden om hun lading superrijken aan de poorten van de hotels af te zetten. Het elegante toilet van de dames kwam regelrecht uit de Vogue, het nieuwste modemagazine. De heren lieten hen de kamers verkennen en installeerden zich op het terras met een goed glas en een flinke havanna om de krant La Semaine d’Ostende te consulteren.
Nu sluit ik even mijn ogen en droom even weg dat ik in die tijd aanwezig zou zijn, Ah la Belle Époque.
Schoon volk bezoekt de stad.
Er klonk alom muziek in de stad. Ofwel marcheerden harmonieorkesten en fanfares in sierlijke uniformen door de straten, ofwel installeerden de korpsen zich op een van de acht rijkversierde kiosken voor een concert. Die lagen mooi verspreid op de dijk, in parken en pleinen en waren zo uitverkoren pleisterplekken voor korte concerten of bals in de openlucht. Vooral in het park kon je bij mooi weer een dansje wagen. Bij alle grote gelegenheden, bijvoorbeeld de nationale feestdag, werden speciaal uitgekiende trajecten gepland om ervoor te zorgen dat de ensembles niet tegen elkaar opbotsten. Dan gonsde de stad van het leven, dan keek James Ensor vanuit zijn zolderkamer naar de vrolijke weelde, die hem inspireerde voor enkele beroemde werken.
Het absolute muzikale walhalla was het Kursaal. Daar waren iedere dag de grootste wereldsterren uit het klassieke repertoire te bewonderen in de Grote Zaal. Van begin juni tot eind september volgden de hoogtepunten elkaar op.
In verschillende hoofdstukken neemt Kurt Van Eeghem u mee op zijn reis door het Oostende van de Belle Époque, over luxetreinen en pakketboten die koningen, prinsen en industriebaronnen naar de Palaces van Oostende brachten. Over wereldsterren zoals Caruso, Saint-Saëns, Strauss en Casals.
De stad gonsde van vertier. Je kon er naar de opera, het toneel, de revue, exquise lezingen van geleerden en schrijvers, naar vuurwerk, stoeten en sportconcoursen.
Kurt Van Eeghem schrijft een ode aan een stad vol verrassingen en over een tijdperk dat nooit meer terugkomt de la Belle Époque.
Voor liefhebbers van een zwierig tijdperk, Ensor en de Belle Époque en de Koningin der Badsteden Oostende.
Oostende in de Belle Époque door Kurt Van Eeghem verscheen bij uitgeverij Pelckmans in een mooi geïllustreerde hardcover uitgave blz 270 € 29,50 verkrijgbaar in de boekhandel als online ISBN 978-94-6377-604-4. pelckmans.be
‘’Een boek dat in het Ensor-jaar en de komende vakantieperiodes aan de Belgische-kust zeker niet mag ontbreken’’.